Kan een kind van God weer verloren gaan

Published april 10, 2013 by

Romeinen 11:13-24
Wij zijn als wilde loot op de wortel van de olijf geënt. Wie is die wortel = Jezus Christus (vers 18). Waarom zijn de joden (= die eerst op de wortel geënt waren) weggebroken van de wortel? Vanwege hun ONGELOOF (vers 20). Als God de natuurlijke takken heeft weggehaald vanwege ongeloof, dan zal Hij dat met alle andere takken ook zeker doen. Paulus gaat er blijkbaar vanuit dat alle mensen zijn geënt op de Here Jezus en dat als je volhard in ongeloof weggebroken zal worden, zowel joden als heidenen.(Dezelfde gedachte ligt achter de tekst in Openbaring 3:5 dat als je tot geloof komt je zeker niet gewist zal worden uit het boek des levens). Dus door ongeloof krijg je nooit deel aan de wortel, namelijk Jezus Christus.

Er is maar één weg: geloven in Jezus Christus als je Redder en Verlosser!!! Maar God zal ook de Jood die tot geloof komt aannemen, ook al is hij/zij eerst weggebroken. Hij zal ze weer op de wortel enten. Het is eigenlijk natuurlijker. Daarom is een Jood die Jezus aanneemt als Messias zoveel rijker geworden, hij/zij komt opnieuw tot leven als loot aan de eigen olijf (vers 15). Het gaat in Romeinen 9-11 over het joodse volk en Paulus toont aan in Romeinen 11, dat ook de jood tot bekering kan komen en moet komen, want hij/zij moet opnieuw geënt worden. Zending/evangelisatie onder het joodse volk is dus noodzakelijk tot redding van de jood en bewaring voor de grote verdrukking, want zij kunnen dus ook weggebroken worden. Niet meer de uitzonderingspositie zoals onder het oude verbond, maar ook toen moest de jood geloven dat er een beter offer zou komen.

Hebreeën 10:26-39
Deze verzen gaan NIET over gelovigen, maar over mensen die in aanraking komen met het evangelie. Vers 26: Zij zouden moeten erkennen zondaar te zijn en het reddende bloed van de Here Jezus nodig te hebben, maar zij nemen het niet aan, daarom worden ze wederspannigen genoemd in vers 27. Zij verzetten zich tegen hun bekering en daarmee zetten zij Gods Zoon aan de kant (vers 29).

Het feit dat zij geheiligd waren wil NIET zeggen dat ze ook behouden zouden zijn. Vergelijk 1 Corinthiërs 7:14-15 waar staat dat de ongelovigen geheiligd zijn in de gelovigen. Geheiligd = apart gezet, maar NIET altijd behouden!!! Daarom de waarschuwing voor de ongelovigen in Hebreeën 10:31 ”Vreselijk te vallen in het oordeel van God”, want voor ongeloof is geen offer – geen vergeving (vers 26). Ongeloof = zonde tegen/lasteren van de Heilige Geest (Mattheüs 12:31-32).

In Hebreeën 10:29 genoemd: De Heilige Geest gesmaad – veracht = Ik heb dat alles (verzoening en Geest) niet nodig. In vers 39 wordt nog eens benadrukt dat de aangehaalde tekst over nalatigheid niet slaat op de gelovige, maar op de ongelovige, die NALAAT Christus te aanvaarden en zich niet door de Heilige Geest laat overtuigen van zonde, gerechtigheid en oordeel. De gelovige heeft te maken met GELOOF dat behoud voor eeuwig!!!

Hebreeën 6:4-12
Opmerking vooraf: Er is veel kritiek op de gelovigen aan wie de brief gericht is, namelijk nog melk als voedsel en nog geen vaste spijs (Hebreeën 5:12-14). Er is dus geen geestelijk groei waar te nemen, maar daar hangt je heil = redding niet vanaf, is de opmerking in Hebreeën 6:9-12. De stelling en de hoofdzin waar het in dit schriftgedeelte om gaat is: Het is onmogelijk om een wederomgeborene (= christen) opnieuw tot bekering te brengen.

1e uitleg: Als je als kind van God afvalt is er geen weg meer terug! (God heeft Zijn deur voor zo’n kind dus dichtgegooid). Dat is niet in overeenstemming met de liefdevolle Vader uit de Bijbel. Deze uitleg is dus niet in overeenstemming met andere gedeeltes uit de Schrift.

2e uitleg: Gaat hier over naam-christenen, dus zogenaamde christenen, geen echte. Maar de bijbel kent geen naam-christenen. Je bent van Christus of je bent niet van Christus. Er is geen tussenvorm. (Romeinen 8:9) Deze uitleg is dus zeker onschriftuurlijk. Wat staat er? De gelovigen in de Hebreeënbrief worden omschreven als:

  • eens verlicht geweest zijnde = christenen (Hebr. 10:32; 2 Cor. 4:6).
  • van de hemelse gave genoten hebben. Het woord gave staat in enkelvoud en slaat op de Here Jezus Christus (Joh. 4:10).
  • deelgekregen aan de Heilige Geest, dat kan alleen door wedergeboorte (Efeze 1:13)
  • het goede woord Gods en de krachten der toekomende eeuw gesmaakt hebben = zij hebben gezien dat Gods woord waar is (zondevergeving) en de Heilige Geest heeft een nieuwe schepping van je gemaakt (vernieuwd mens in Jezus Christus) (2 Cor. 5:17).
  • Gaat dus over tot bekering gekomen, wederomgeboren mensen = kinderen van God. Je geboorte kan je nooit ongedaan maken of opnieuw doen, overdoen. Geboorte is een FEIT, dus ook wedergeboorte. Daarom is het onmogelijk om voor de tweede keer bekeerd (wederomgeboren) te worden (vers 6), want dan zou Christus voor de tweede keer moeten sterven voor je, dus gekruisigd moeten worden.

Romeinen 6:10 “Christus is eens (één keer) voor altijd gestorven”. Toen Mozes in Numeri 20:7-12 op de rots sloeg om er water uit te krijgen, werd hem dat door God verweten, zodat hij en Aäron het beloofde land niet eens meer mochten binnengaan. Mozes had moeten SPREKEN, want die rots was het type van Christus (1 Cor. 10:4). Twee keer kruisigen is onmogelijk!

Afvallen van een christen betekent dat hij/zij NIET meer vruchtbaar is voor God (de Landman). Het gestrooide zaad (= woord) draagt geen vrucht, maar de grond waarin het valt brengt onkruid (= dorens en distels) voort. De grond waar in het zaad gezaaid is, is ons leven. Niet de grond verbrand je, maar de verkeerde opbrengst (Hebreeën 6:8).

Ook 1 Corinthiërs 3:12-15 spreekt over “…. het vuur maakt uit, wat voor waarde ons werk heeft gehad (= vruchtbaar geweest of onkruid), doch hij zelf zal gered worden, maar als door vuur heen”. Oorzaken voor het afvallen vinden wij in de gelijkenis van de zaaier, uitgelegd door de Here Jezus in Mattheüs 13:19-23, met name vers 22 … het in de dorens gezaaide is wat door de wereld en de rijkdom in beslag genomen is. Het probleem van christelijk/evangelisch Nederland.

Wat is er zichtbaar van het zaad (Woord) in onze levens? Waarin onderscheiden wij ons nog van de wereld? De wereld en het geld of bezittingen zijn voor ons heel belangrijk geworden, belangrijker dan op het Woord te vertrouwen. Wij lappen Gods woord aan onze laars en handelen naar eigen goeddunken, terwijl wij weten dat de Bijbel anders voorschrijft en God wat anders van ons vraagt. Zo maken wij het christendom, nee, onze Heiland tot een bespotting en wordt Hij opnieuw gekruisigd (Hebreeën 6:6). Een afvallige christen valt dus af van het woord. Gods Woord heeft geen uitwerking meer in zo’n leven, dus kan ook de vrucht van de Geest niet zichtbaar zijn (Gal. 5:22).

Zo’n christen moet NIET TOT BEKERING komen, maar tot INKERING! Dat wordt duidelijk geïllustreerd in de gelijkenis van de verloren zoon, Lukas 15:11-32. Lukas 15:17 “Hij kwam tot zichzelf” = tot inkeer, dat betekent de realiteit onder ogen te durven zien en goed te gaan nadenken, waarin je verzeild bent geraakt en hoe je eruit kan komen.

Lukas 15:21 “En de zoon zei tot zijn vader”. Hij SPREEKT tegen zijn vader. (Zoals Mozes moest spreken tegen de rots). Hij komt tot SCHULDBELIJDENIS met de woorden: “Ik ben niet meer waard uw zoon te heten”. Klopt zei de vader, want voortaan heet je …………… NEE!

Zie Lukas 15:24 “Mijn zoon hier was dood, verloren, maar nu levend, gevonden. Hij blijft hem zijn zoon noemen die dood was = dood geloof (zonder werken, niets van zichtbaar, zie Jacobus 2:17-18) en verloren (hij was zoek, maar nu teruggevonden). God begint steeds weer opnieuw met Zijn kind. Hij heeft de deur altijd openstaan!

2 Timotheüs 2:11-13 “…. Indien wij ontrouw zijn, Hij blijft getrouw, want Zichzelf verloochenen kan Hij niet”. Het is dus onmogelijk dat God niet trouw zou zijn aan Zijn beloftes, ook als Vader. God houdt Zich aan Zijn eens gegeven woord! Je kan God nemen op Zijn beloftes, zoals b.v. Johannes 3:36 “Wie in de Zoon gelooft, HEEFT EEUWIG LEVEN”. Er staat geen voorwaarde bij, mits je maar goed blijft geloven. En als het dan fout gegaan is, wij zijn afgevallen, afgedwaald, zoals die verloren zoon: SPREEK met de Heiland (= schuldbelijdenis), dat je niet meer waard bent een kind van God te zijn, maar dat je vergeving vraagt om toch bij Hem te zijn en dan IS er verzoening volgens 1 Johannes 2:1-2.

Als de verloren zoon niet naar zijn vader was teruggegaan, was hij toch een kind van zijn vader gebleven, alleen zou men nooit meer de rijkdom van zijn vader aan hem hebben gezien – nieuw kleed, ring aan zijn vinger en schoeisel. Als wij straks bij Vader thuiskomen zullen wij NIET kunnen zeggen: hier ben ik dat jochie of meissie, dat zich zo netjes en volmaakt heeft gedragen. Nee, ik kan alleen maar zeggen: “Hier is Uw kind, dat U zo duur hebt willen kopen en waarmee U zoveel geduld heeft gehad. Dank U wel, dat ik hier mag zijn, ik ben het niet waard. Altijd weer stond Uw deur/vaderhart open voor mij!” Genade zo oneindig groot!!!

Wij zullen ons wel moeten verantwoorden voor God volgens Hebreeën 4:13.